De kracht van tijdelijke architectuur
SO-IL op de Triënnale van Brugge. Beeld Filip Dujardin

De kracht van tijdelijke architectuur

Terwijl ik deze intro van de themanieuwsbrief schrijf, bevind ik me op Milan Design Week 2024. Omringd door een elite designpubliek van alle uithoeken van de wereld zit ik op een pop-upterras van een galerie. En niet zomaar een galerie, het is een van de beste Italiaanse studio's die gespecialiseerd is in het opknappen van mid-century modern design en het voor een tienvoud - misschien zelf honderdvoud - van de originele aankoopprijs verkoopt.

Het voelt wrang aan dat een bepaald publiek zich al meer dan zestig jaar lang jaarlijks verplaatst naar Milaan om zich te vergapen aan deze esthetische designnoviteiten. En ik ben er ook schuldig aan. Maar is deze traditie nog van deze tijd? Waarom blijven we ons jaarlijks verplaatsen? Is het daadwerkelijk een meerwaarde voor het vak? Of is het eerder het in stand houden van een gewoonte als verdienmodel voor een bepaald publiek en de stad?

Zo wordt het randprogramma van Milan Design Week elke editie iets groter. Na de Fashion Week is dit de tweede topweek voor deze stad. De tijdelijke design- en architectuuringrepen activeren de historische stad. Er zit een kracht in die tijdelijkheid.

Een gegeven dat nu ook plaatsvindt in Brugge. De Triënnale Brugge 2024 nodigt twaalf toonaangevende kunstenaars en architecten(bureaus) uit om een dialoog aan te gaan met de werelderfgoedstad. Zo werpen SO-IL, Studio Ossidiana en Traumnovelle nieuw licht op ondergewaardeerde plekken. Hun installaties etaleren de aanwezige potentie in de Brugse openbare ruimte. Wat voor een stad als Brugge noodzakelijk is om te blijven ademen. De UNESCO-stolp begrenst de architectonische mogelijkheden. Maar de kracht van tijdelijkheid laat de stad even opbloeien. Het is meer dan een openluchtmuseum.

Van een openluchtmuseum naar het nieuwe Nationale Holocaustmuseum in Amsterdam. Hier gaat het niet over tijdelijkheid, maar over eeuwigheid. Het project door Office Winhov, OPERA en Studio Louter is geen architectonisch statement, maar een integer project dat de beladen geschiedenis van de locatie vertelt. In tegenstelling tot andere holocaustmusea hoor je hier niet de stemmen van overlevenden, maar van mensen die stierven. Frans Bevers spreekt in zijn artikel over 'hermenselijking' in plaats van ontmenselijking.

Veel lees- en bezoekplezier gewenst!

Groet,

Charlotte

Charlotte Thomas

Charlotte Thomas

Vakredacteur interieur & design

Charlotte Thomas (1992) is vakredacteur Interieur & Design. Ze studeerde af als kunst- en architectuurhistoricus. En heeft onder meer gewerkt bij Stroom Den Haag, Museum Het Schip, AFFR, Vice, Van Eesteren Museum en Galerie Bart. Heb je ideeën, vragen of opmerkingen? Mail naar: charlottethomas@vmnmedia.nl

De doorgang op links met Fox food court en de entreehal op rechts bij Royale Belge door Bovenbouw, Caruso St John en DDS+. Beeld Filip Dujardin

Aan het projecthoppen

Afgelopen maand mocht ik enkele bijzondere projecten bezoeken. Al enige tijd stond de transformatie van het functionalistische kantoor Royale Belge op mijn radar. De verbouwing van megalomaan bedrijfsgebouw naar belevenishotel door Bovenbouw, Caruso St John Architects en DDS+ stelde niet teleur. De betrokken architecten transformeerden het afgesloten kantoor naar een toegankelijke werk- en verblijfsplek, inclusief een foodmarket in de semipublieke plint waar onder meer de buurtbewoners elkaar treffen.

Dance Dance Sit Sit door Tomas Dirrix, Team Thursday en Koen Taselaar. Beeld Titia Hahne

Het stedelijk interieur

De druk op de openbare ruimte binnen de (groot)steden neemt toe. Het spanningsveld tussen publieke en privéruimte is groot. Mensen wonen, werken en leven op steeds dichter op elkaar. We ontmoeten onze medemens in talloze gemeenschappelijke ruimten. Veel van deze ontmoetingsplaatsen kan je beschouwen als (stedelijke) interieurs. Deze plekken dragen bij aan het stedelijke welzijn. Straten, pleinen, binnenhoven maar ook gebouwen fungeren dan als openbare ruimte. Zo zien we in recente nieuwbouwprojecten de ambitie om de stad te betrekken in het gebouw.

Kantoor Vol Afval, KaVA. Beeld Stijn Poelstra

De interieurwereld denkt om

De kogel is door de kerk! Maar liefst 36 interieurprojecten zijn geselecteerd voor de ARC24 Interieur Awards. De longlist kent een grote variëteit. Merkwaardig is het hoge aantal renovatie- en transformatieprojecten. Zo transformeert Bureau Fraai een monumentale kapel tot psychologenpraktijk, en renoveert Popma ter Steege een verouderd defensiekantoor naar nieuw Rijksvastgoedkantoor op het voormalige marinevliegkamp Valkenburg. De toenemende aandacht voor hergebruik, duurzame materialen en circulariteit valt ook op.

Overzichtbeeld krukken in de studio van Heilig Objects. Beeld Heilig Objects

Op het snijvlak van duurzaamheid en design

Na mijn gesprekken met Marjolein en Jan-Paul Deurloo, van Novel Grey, en Daniel Heilig, van Heilig Objects, realiseerde ik me dat het einde van het geitenwollensokken imago in de interieursector misschien nabij is. Beide bedrijven zijn intrinsiek duurzaam. Toch dragen hun producten geen stoffig imago.