Het ingetogen gebouw heeft een gelede opbouw. Op maaiveldniveau bevinden zich de diverse zorgfuncties. Op deze plint staan drie losse bouwvolumes met 33 appartementen rond een kleinschalig hofje. Eén van de blokken ligt terug t.o.v. de plint zodat extra buitenruimtes worden gecreëerd en het beeld van de vrijstaande bouwvolumes wordt versterkt. De kerktoren waarin een cursusruimte is gesitueerd, vormt een vanzelfsprekend onderdeel van het geheel. De ruime sculpturale balkons die verwijzen naar de vorm van de kerktoren, zijn geen toevoeging maar een karakteristiek onderdeel van het ontwerp. De gevel bestaat uit een lichte en een donkere zandkleurige steen aansluitend bij de kleur van de kerktoren. De hiermee ontstane dialoog tussen het nieuwe gebouw en de gehandhaafde toren verankert het ontwerp in zijn context. Duurzaamheid door dierbaarheid wordt hier bereikt door culturele continuïteit. In het interieur van het zorgcentrum wordt de sfeer bepaald door een op het Hollandse landschap geïnspireerd kleurgebruik in combinatie met de toepassing van natuurlijke materialen zoals hout, staal en leer.
Provada