Even gewaagd als ambitieus leverde architectenbureau DGT (Dorell Ghotmeh Tane) een plan in voor een andere locatie dan was voorgesteld. De Franse en Britse architecten kozen voor een verlaten militaire basis uit de Sovjet tijd, gelegen aan de noordzijde van Tartu, de tweede stad van Estland. De beladen maar tevens unieke locatie wordt met de komst van het museum vernieuwd.
Precieze positionering
Het museum is conceptueel bedacht als voortzetting van de landingsbaan. Het uitgestrekte gebouw telt slechts een verdieping die gradueel afloopt tot aan het asfalt. In perspectief lijkt het gebouw hierdoor tot in het oneindige door te lopen. Hiermee wordt de bezoeker uitgenodigd om de omgeving van de militaire basis te betreden. De entree ligt aan de voorzijde onder een enorme uitkragende luifel. De kopgevel van het gebouw is hier in een punt naar binnen gevouwen. Zo ontstaat een overdekt voorplein.
Bedrukte gevel
Een tweede glasgevel omhult vrijwel het gehele volume. De vorm blijft zo abstract en eenduidig. Een print met een grafisch patroon van witte kristallen refereert naar het landschap, dat vaak is ondergesneeuwd. In het donker worden silhouetten van de dichte en open gevelvlakken zichtbaar. Naast expositieruimten maken een conferentiecentrum, auditoriums, een bibliotheek en educatieruimten deel uit van het plan. “Het ontwerp creëert een open huis voor publieke activiteiten, een plek voor sociale interactie, om de rijke en soms pijnlijke geschiedenis van het land te vieren”, aldus DGT.