De benedenverdieping van de woning is symmetrisch opgebouwd en beslaat twee grote kamers (eet- en zitkamer) en een centrale traphal. De aanleunende patio dient als extra circulatieruimte tussen deze twee hoofdruimtes en wordt op diverse manieren, afhankelijk van het seizoen ingevuld. Op de eerste verdieping liggen de identieke kamers, enerzijds de hoofdslaapkamer met een directe verbinding naar de bad-kamer en anderzijds, langs de andere kant van de traphal, de werkkamer. De slaapkamers van de kinderen zitten onder het dak.
Het volledige artikel verscheen eerder in de Architect, nummer 2, 2008, p62-65.