De complexe vorm, het gegeven dat een 32 meter lange vrije overspanning in hout nooit eerder is gerealiseerd, en het uitgangspunt van een belasting in de hoogste verkeersklasse, maken het ontwerp tot een technische balansoefening op het scherp van de snede.
Zowel Onix als Achterbosch hebben een voorliefde voor bouwen met hout. Bij het zien van de opgave ging de gedachte dan ook meteen uit naar een houten overbrugging, in essentie de meest elementaire verbinding tussen twee oevers. Geïnspireerd door boten- en boerderijbouw, en stoelen van Alvar Aalto en Arne Jacobsen kwamen de bureaus tot het concept van een vakwerk van gebogen en getordeerde spanten in gelamineerd hout als draagconstructie voor het wegdek.
Het concept kon worden verwezenlijkt dankzij het feit dat alle betrokken partijen, waaronder de Provincie Friesland als opdrachtgever, Rijkswaterstaat en de gemeente Sneek, ogenschijnlijke onmogelijkheden beschouwden als op te lossen problemen.
Het volledige artikel verscheen eerder in de Architect, nummer 2, 2009, p66-69.