Achter het opvallende uiterlijk schuilt een rationeel plan. Op de hoeken van een denkbeeldige gelijkzijdige driehoek staan drie verticale servicekernen. Alle dienende functies, zoals trappen, toiletten, techniek, lockers en de lift zitten in de drie verticale kernen. Hierdoor kunnen de rondom gelegen onderwijsruimten vrij worden ingedeeld.
Dezelfde bandramen
Het compacte volume heeft een relatief klein geveloppervlak wat energetisch voordelig is. De bandramen in de gevel hebben allemaal dezelfde maat, waardoor de veelzijdige gevel door RAU bouwkundig is versimpeld.
Fotograaf Norbert van Onna
Verschillende verdiepingen
Geen van de drie verdiepingen lijkt op de andere. De verdiepingen bewegen zich om de kernen, rond de één als een cirkel en rond de beide andere als lemniscaat. Deze vormen maken per niveau een progressie van kern naar kern. Daardoor ontstaat op elke verdieping een, schijnbaar willekeurig geplaatste, transparante tussenruimte. Op de begane grond is dit de aula, daarboven glazen vides die veel daglicht in het gebouw toelaten.