Het programma van eisen van de werkstudio was complex. Naast een fotostudio moest het werkruimten bevatten, waar films bewerkt kunnen worden en een atelier voor grafische kunst. Daarnaast dient ook een fotoarchief gehuisvest te worden. Verder was er een besloten buitenruimte gewenst. Voor de studio diende een voorruimte te komen om de benodigde materialen en props van groot formaat probleemloos binnen te brengen.
Het ontwerp
Het smalle en lange pand, had voor de studio op de begane grond niet de vereiste hoogte. Om dit te bereiken is de verdiepingsvloer gedeeltelijk verhoogd. Van meet af aan stond vast, dat het in de studio ook mogelijk moest zijn om opnamen te maken met natuurlijk licht. Hiervoor zijn het dak en de dragende wanden van de eerste verdieping verwijderd. Deze ingreep creëerde tevens de gewenste besloten buitenruimte, en het daglicht in de werkruimten. In de vloer van deze patio is een glasstrook aangebracht ten behoeve van de studio. De overige werkruimten zijn op de beide verdiepingen gesitueerd. Een nieuw trappenhuis verbindt de drie werkvloeren en herbergt tevens alle andere utilitaire programma onderdelen. De gehele voorgevel en de toegang van het pand is aangepast.
De uitwerking
Het trappenhuis met voorzieningen, dat zich door alle verdiepingen heen slingert, heeft een krachtige sculpturale vorm gekregen en is van binnen en buiten met hout bekleed. In het trappenhuis zijn lichtschachten gemaakt die een prachtig sferisch licht creëren in de ruimte. Het trappenhuis is bekleed met gelamineerde plankdelen en afgewerkt met een half transparante kleurbeits in een paarszwarte kleur. Deze kleur versterkt het autonome karakter van deze interventie. De drie werkruimten zijn ieder van een andere vloerafwerking voorzien, zo krijgt elke ruimte een eigen karakter. De fotostudio op de begane grond is uitgevoerd met een brute betonvloer, de ruimte daarboven met een witte kunststof gietvloer en het atelier op zolder met een kopshouten vloer van Frans eikenhout. Op de bovenverdieping zijn daklichten toegevoegd. In de studio en op de verdiepingen zijn delen van de bestaande wanden ongemoeid gelaten. Alle oude gebruiks- en bouwsporen geven een rijk patina aan deze wanden, die in contrast met de strakke afwerking, aan zeggingskracht winnen. In de studio dienen zij als een sterke achtergrond voor het fotografische werk.
De ingrepen hervormen het karakteristieke pand, maar onthullen ook de verborgen mogelijkheden. De minimalistische detaillering, de sculpturale interventie en het daglicht verstreken elkaar krachtig.
