Het ontwerp omvat zes archetypische ‘kamers’ staand op twee ronde platforms. Er is echter een twist: elke 20 minuten roteert de binnenste ring 60 graden en worden er zes verrassende nieuwe ruimtes gecreëerd. De bijnaam ‘Crocopotamus’, naar een kinderboek van Mary Murphy, was dan ook een logisch gevolg.
Inclusief de bar in het midden, zijn door rotatie in totaal 37 verschillende combinaties mogelijk. Het ontwerp biedt een nieuwe kijk op de traditionele beursstand: een meer ontspannen benadering die interactie met bezoekers makkelijker maakt. Ook in de materiaalkeuze staan toegankelijkheid en eenvoud centraal, er is in de uitvoering enkel gebruik gemaakt van groen watervast spaanplaat.
Aangezien het paviljoen tijdens de beurs maar vijf dagen gebruikt zou worden, is in het ontwerp ook actief nagedacht over de impact op het milieu. Hierdoor is ervoor gekozen om de draaischijf aan de basis van het paviljoen tehuren in plaats van te produceren. Ongeveer 60% van het paviljoen is na de beurs hergebruikt op verschillende andere evenementen en om kantoren mee in te richten.