(Beoogde) aanpak
Het nieuwe bouwvolume is zorgvuldig ingepast in samenwerking met de dienst Stedenbouw. De architectuur volgt de pandsgewijze percellering en zoekt aansluiting zowel bij de morfologie van de binnenstad, als met de grote stedelijke schaal van het naastgelegen Hoog Catharijne. De karakteristieke jaren’20-gevel op de hoek van de Elisabethstraat is gerestaureerd en de betonstructuur uit 1972 aan Achter Clarenburg is opgetopt.
Samenwerking met andere disciplines
opdrachtgever: Elisabeth Beheer BV architecten: Thomas Kemme Architecten & Reset architecture planologie: DutchPlanners afdeling Stedenbouw Gemeente Utrecht, Greetje de Jager laserscan en pointcloud: PelserHartman bouwkundig BIM-tekenwerk: Team42 bouwmanagement: Bureau Bouwkunde constructeur: Ulehake installatieadvies: M3E Groep hoofdaannemer: Barten Groep fotografie: Merijn Geurts, Maarten Willemstein
Duurzaamheid
Het programma vroeg om structuurverandering i.p.v. sloop en nieuwbouw. Behoud en hergebruik is de eerste winst van transformatie en een betonstructuur werd behouden. Bouwen in de binnenstad is logistiek complex en beperkte funderingsmogelijkheid bracht ons tot bouwen met lichte constructies. Zonnepanelen dragen bij aan de energievraag en een gunstige dakoriëntatie en -vorm lenen zich daar goed voor. De gebouwschil is optimaal bouwfysisch uitgevoerd om warmtevraag met stadsverwarming te beperken.
Materiaal en techniek
Tussen de twee hoekpanden is een staalconstructie gebouwd met houtskeletbouw vulling om gewicht te besparen en elektrisch te monteren. Maar bouwen in historische context vraagt om baksteen. De opdrachtgever vroeg om een "echt Utrechts gebouw”. Zo is een baksteen gekozen in Hilversums formaat in een geeltint, die we op tal van plaatsen in de omgeving zien, waaronder bij het voormalig postkantoor op de Neude. Waterretentie met daktuin zorgt voor een groen binnenhof.
Maatschappelijke impact
Hoofdstraten in historrische binnensteden zijn na sluitingstijd in avonduren vaak verstoken van leven door het eenzijdig gebruik van de beganegrond met veelal leegstaande verdiepingen. Het plan toont de mogelijkheid van woonverdichting van winkelstraten in de binnenstad. Boven de nieuwe winkel zijn 12 appartementen en studio’s gerealiseerd aan een daktuin met de oude poort en bestaande steeg als toegang. Een goede start voor het hele bouwblok? We zien veel potentie voor het wonen in de stad in d
Fysieke impact
Hoofdstraten in historische binnensteden zijn in de avonduren vaak verstoken van leven door het eenzijdig gebruik van de beganegrond en veelal leegstaande verdiepingen. Dit plan toont de mogelijkheid van woonverdichting in de stad met 12 appartementen boven de winkel. Met een oude poort en steeg zijn de woningen ontsloten via de daktuin. Een goede start voor het hele bouwblok? We zien veel potentie voor het wonen in de stad in de rust van een opgewaardeerde binnenhof met een groen daklandschap.
Architectonische inpassing
Het gebouw toont continuïteit en vernieuwing in het stadsblok. Hergebruik van de jaren’20-gevel met baksteendetails was een belangrijk uitgangspunt voor het fysiek voortbestaan van BROEKMAN. De nieuwe gevel bij Achter Clarenburg zoekt met pandsgewijze opzet aansluiting bij het historische beeld en de schaal van de binnenstad. Gelijktijdig slaat dit gebouwdeel een brug met een grotere massa en eenduidig materiaalgebruik naar de grootstedelijke schaal van het naastgelegen Hoog Catharijne.