ARC19: Kantoor Familiebedrijf - Studio id+ en Wiegerinck

Werken op een erf - Na alle uitbreidingsmogelijkheden in een aantal aangrenzende panden langs een hoofdweg in een Brabants dorp volledig te hebben benut, zocht dit familiebedrijf naar een meer toekomstgerichte oplossing voor het groeiend aantal medewerkers. Door de uitbreiding vorm te geven als een nieuw 'hart' voor de organisatie wonnen Studio id+ en Wiegerinck gezamenlijk de door het bedrijf uitgeschreven tender. Een schuurvormig gebouw achter de bebouwing langs de straat zorgt ervoor dat het geheel aan panden voelt als een uitnodigend erf. Achterkanten worden door de ingreep voorkanten en pleinruimtes verbinden alle gebouwen tot een kleine, levendige campus. Ter plaatse van de entree, die in het verlengde ligt van een belangrijke as op het terrein, opent het gebouw zich. Een glazen pui over twee verdiepingen biedt hier zicht in de organisatie.

Integraliteit: van stoel tot erf

Toelichting Studio id+ en Wiegerinck - Bijzonder is de integrale aanpak van Studio id+ en Wiegerinck, die vanaf de allereerste schets gezamenlijk zijn opgetrokken. Hierdoor zijn ontwerpkeuzes altijd op meerdere vlakken afgewogen. Van binnen naar buiten en van buiten naar binnen gedacht, is een werkomgeving ontstaan waarin omgeving, gebouw en interieur elkaar versterken en aanvullen. Van stoel tot erf!

Gebruikerssessies als basis

De uitbreiding is het resultaat van een uitgebreid vooronderzoek op gebruikersniveau. In een aantal workshops en werksessies is de noodzakelijk kennis bij de gebruiker opgehaald om gezamenlijk tot een breed gedragen ontwerp te komen, dat de organisatie past als een maatpak. Omdat ‘anders werken’ per definitie veranderingen met zich meebrengt, is het van essentieel belang in alle lagen van de organisatie draagvlak en enthousiasme te creëren. In de sessies kwamen esthetische zaken, maar ook functionele en organisatorische zaken aan de orde, variërend van het materiaal van de gevel tot de optimale manier van werken. Er is bijvoorbeeld gekeken naar gewenste variatie in werkplekken, de balans tussen open en gesloten werkplekken en manieren om gezond werken te stimuleren. De thema’s verbinden, samenwerken en ontmoeten kwamen in de sessies steeds naar voren en zijn belangrijke uitgangspunten geworden in het ontwerp.

Blauwe eyecatcher als ontmoetingsplek

In het interieur is hout een prominent materiaal. De hoofddraagconstructie bestaat uit vuren kolommen die overgaan in dakspanten. Dankzij een ruime vide in het centrum van het gebouw is deze bijzondere constructie over twee verdiepingen te bewonderen. In de vide bevindt zich over twee verdiepingen de eyecatcher van het gebouw: een blauw gebeitst volume van multiplex. Het volume is op te vatten als een groot meubel waarin verschillende voorzieningen zijn opgenomen. Een uitnodigende pantry met ontvangstbalie vormt nabij de entree de kop van het meubel. Verderop zijn toiletten en belplekken in het meubel geïntegreerd. Halverwege vormt een tribune met trap zowel de verticale verbinding als een centrale ontmoetingsplek. Organisatorisch verdeelt de blauwe doos het gebouw in de langsrichting in twee zones: open werkplekken aan de zuidgevel en gesloten werkplekken aan de noordzijde.

Gezonde werkplek

Het blauwe volume krijgt extra nadruk doordat in het interieur verder vooral neutrale en lichte kleuren en materialen zijn toegepast. Het hout van de constructie vormt samen met houten plantenbakken een natuurlijk element. Daglicht komt diep het gebouw in, mede door de aanwezigheid van een centraal daklicht en de opzet van de gevel. Dankzij het vele glas is de connectie tussen de nieuwbouw en de overige gebouwen op het erf optimaal. De dynamiek van de organisatie is hierdoor zowel binnen als buiten zichtbaar en moedigt aan om ook zelf in beweging te komen. In het gebouw zelf draagt de royale en uitnodigende trap met tribune bij aan het gezonde gebruik.

Duurzaamheid als vanzelfsprekendheid

De uitbreiding is qua vorm geïnspireerd op de schuren die in de nabije omgeving en op het terrein zelf aanwezig zijn. Het is een eenvoudig, archetypisch gebouw, dat zich enerzijds voegt in zijn omgeving en anderzijds, dankzij de wit gestucte gevel, een bijzonderheid is. Diepe neggen in de zuidgevel zorgen ervoor dat daglicht het gebouw binnen kan dringen, maar daar geen belemmering vormt. Houten lamellen voor de puien zorgen voor een extra referentie naar de schuur, geven het gebouw een zachte uitstraling en dragen bij in de lichtwering. Hoewel verbonden met de organisatie, kan het gebouw ook als stand-alone functioneren, wat het flexibel maakt voor toekomstig gebruik. Zonnepanelen op het zadeldak voorzien in de energiebehoefte. Dankzij de verdeling in een open (zuidzijde) en gesloten werkomgeving (noordzijde) kunnen installaties zo zuinig mogelijk worden ingezet. Dit soort slimme oplossingen toont de integraliteit van het project. Ook in het interieur is duurzaamheid een vanzelfsprekendheid. In de kantoorzones ligt bijvoorbeeld tapijt uit de Desso Jeans collectie, gemaakt van gerecyclede garens, terwijl de gangzones zijn voorzien van een milieuvriendelijke kurkgietvloer. Het interieur is door de toepassing van duurzame en onbewerkte materialen, de overvloed aan daglicht, doorzichten en centrale plaats van de gebruiker vooral een ‘eerlijk’ interieur. ‘What you see, is what you get’