Het museum ligt op de grens van Haarlem, Leiden en Amsterdam, waar ooit het Haarlemmermeer lag. Gemaal De Cruquius speelde een belangrijke rol bij de drooglegging van dit meer in de 19e eeuw. Het nieuwe paviljoen vormt nu samen met het gemaal en het oude theehuis een museumensemble dat het verhaal van de droogmaking en de daaropvolgende ontwikkeling van de Haarlemmermeer vertelt.
De museumroute volgt het natuurlijke hoogteverschil van dijk naar polder. Bezoekers betreden het paviljoen via een grashelling en komen binnen in een lichte foyer. In de expositieruimte worden thema’s uit de poldergeschiedenis gepresenteerd op grote tafels die samen een plattegrond vormen. De ruimte is flexibel ingericht en ondersteunt het verhaal met projecties, licht en geluid.
Het paviljoen is ontworpen met oog voor de historische context, met sobere materialen en een horizontale opbouw die contrasteert met de verticale structuur van het gemaal. Hoewel het gebouw al in gebruik is, staat de realisatie van een verbindingsgang tussen het paviljoen en het gemaal nog gepland voor een latere fase. Deze doorgang moet de fysieke en inhoudelijke verbinding tussen beide gebouwen verder versterken.