In de Nederlandse architectuur worden projecten voor collectief bouwen door gemeenten of andere overheden gestimuleerd. Toch komen ze moeizaam van de grond. Bij de Hollandse wooncultuur van het rijhuis past eerder particulier opdrachtgeverschap, dat over het algemeen resulteert in bonte rijtjes met hyperindividuele architectuur. Als de bouwheer een collectief is gaat het vaak om renovatie van oude scholen, of een appartementengebouw waar keuzevrijheid en variatie zich beperkt tot het interieur.
De insteek van dit project voor de bouw van 14 rijwoningen in Rotterdam West was anders. De groep kopers wilde maximale keuzevrijheid bij het ontwerp en bouw van hun huis, maar ook profiteren van de lagere kosten bij een gezamelijke bouw. Bovendien vroeg de 19e eeuwe buurt waar het kavel zich bevond om een rustige straatwand en de welstandsnota wees duidelijk naar inpassing in het bestaande gevelbeeld.
SUBoffice initieerde een project dat op deze vragen inspeelde. De ontwerpstategie die zij samen met de procesbegeleiders en opdrachtgevers ontwikkelde biedt alle ruimte voor de bewoners, waarbij woninggrootte, kavelbreedte, verdiepingshoogte en plattegrond individueel bepaald kan worden. SUBoffice was eindverantwoordelijk voor het ontwerp van de gevel en de aansluiting met de straat.
Het resultaat zijn veertien woningen, met elk een eigen karakter en met een variatie van individuele wensen: van werkkamers tot souterrain voor bezoek, drive in woningen, wonen op de eerste verdieping tot een dakakker. Ook het afwerknivo was zelf te bepalen: van casco tot volledige afbouw, met houten en betonnen vloeren. Ondanks deze diversiteit toont het project zich als een architectonische familie.