ARC20: Interieur Het Vakwerkhuis in Delft - Vakwerk architecten

Het Ketelhuis was lange tijd de energievoorziening van de Technische Hogeschool in Delft. Innovaties en functieveranderingen maakten het Ketelhuis als letterlijke energiebron overbodig. Vakwerk architecten bedacht een totaalconcept dat inzet op een duurzame transformatie van een honderd jaar oud industrieel rijksmonument. Met de herontwikkeling van het Vakwerkhuis brengen we de energie weer terug in het oude Ketelhuis!

Toelichting door Vakwerk architecten

Vakwerk voor iedereen!

Het Vakwerkhuis is een vernieuwende plek om samen te werken, een ‘co-working space 2.0’. Het concept gaat verder dan alleen werken: het is een plek met maatschappelijke betekenis voor de buurt, de TU Delft en Delftenaren geworden. Het Vakwerkhuis is niet alleen het thuis van Vakwerk architecten, maar ook van andere creatieve en innovatieve bedrijven. De combinatie van werken, vergaderen en horeca zorgt voor een optimale synergie. Met het open karakter van het Vakwerkhuis wordt een gewenste verbinding tussen de TU Delft en het centrum concreet.
De zorgvuldig ontworpen ingrepen gaan een relatie aan met de kwaliteiten en het karakter van ieder bouwdeel en zijn te vatten in drie kenmerkende thema’s met passende details. Een reeks nieuwe, expressieve doorbraken in de oude wanden rijgt de oude en nieuwe delen overzichtelijk aan elkaar. Het interieur is functioneel verrijkt met een vaste elementen, uitgevoerd in levendig eikenhout om een groot gebaar te maken. De toevoeging van de nieuwe glazen entree en houten optopping op het voorheen enige platte dak, vertellen het verhaal aan de hele buurt: het Vakwerkhuis bruist weer van energie!

Vakwerk uit het verleden

In 1976 ging de laatste machinist van het Ketelhuis met pensioen. Het Ketelhuis en bijbehorende machinistenwoning bleven verlaten achter. Maar wie door het puin, de graffiti en de duivenpoep heen kon kijken, werd verrast door de schoonheid van het monument. De hallen bekroond met geklinknagelde ijzeren Polonceausspanten, de gemetselde schoorstenen op de bonte wirwar van zadeldaken en de gevels gevuld met enorme driedelige vensters, al dan niet voorzien van gemetselde tussenstijlen. Ieder bouwdeel heeft zijn eigen kwaliteiten en karakter en samen vormt dit industriële cluster een ‘pittoresk plaatje’ aan de Schie. Dit beeld is uitsluitend het gevolg van de puur functioneel bepaalde verschillen tussen de drie hallen en de machinistenwoning.

Vakwerk maak je samen

Zo’n bijzonder gebouw wil je met iedereen delen. Dat was het uitgangspunt voor de herontwikkeling van het Ketelhuis. In 2018 won Vakwerk architecten, op zoek naar een goede werkplek voor het nog jonge bureau, de ontwikkelaarstender. Tijdens dit traject was Vakwerk ontwerper, uitvoerder, opdrachtgever, hoofdaannemer, inkoper en natuurlijk gebruiker. Dergelijke betrokkenheid vereist lef. Door te werken op de plek die je aan het ontwikkelen bent, leer je deze door en door kennen. Toevallige ontdekkingen in het complex leidde tot verrassende elementen in het ontwerp. Zodoende ontstond een duurzaam ontwerp waarin de bestaande kwaliteiten van alle bouwdelen het beste tot hun recht komen.

Vakwerk om te ervaren

De nieuwe toevoegingen zijn herkenbaar door het gebruik van eikenhout met de zachte tint en rood staal en vormen een aangenaam contrast met de industriële schil. Grote ingrepen staan als een monoliet vrij in de ruimte
Zoals de houten bar in het café en het ‘Arendsnest’, een verzonken houten volume in de Ketelhal. Het met eikenhout bekleedde Arendsnest biedt ruimte aan verschillende activiteiten. Voor een informele vergadering duik je een van de verdiepte zitjes in. De randen bieden geïntegreerde werkplekken om even kort aan te waaien. En als je ongestoord wil werken klim je bovenop het blok, waar je wordt omgeven door een zee aan planten.

In de bar wordt je eveneens verwelkomt door een warm eikenhouten volume. Verticale eiken latjes begeleiden je van de bar naar het aangrenzende trappenhuis. Opgebouwd uit eikenhouten plakken geregen aan een verticalen spil, die ooit dienst deed als paarden springstok, draai je langzaam omhoog in deze wonderlijke eikenhouten wereld.
Waar oud en nieuw samenkomen, werkt glas als transparante schakel tussen de twee materialen.
Zoals bij de nieuwe glazen entree en de houten optopping boven de Accuhal, die door een horizontale glazen strook zweeft boven het bakstenen volume. Het hoekige ontwerp kreeg een extra verdiepingsslag door de vondst van oude afgeronde spanten. De uitbreiding sluit in schaal goed aan op de verbreding van de naastgelegen Sebastiaansbrug.

Op verschillende manieren is de transparantie van het gebouw vergroot. Nieuwe openingen in bestaande muren maken lange zichtlijnen, van de Schie tot de bar en van de bar tot de schoorsteen. Zo ontstaat een interne samenhang die tot nu toe in het complex ontbrak en gaat het pand een relatie aan met de omgeving. Openingen op grotere hoogte zorgen voor verrassende momenten in het pand. Zoals het geval is bij vergaderruimtes ‘de Uitkijk’ en ‘Door de muur’. Deze glazen uitkragingen prikken dwars door massieve muren heen en bieden een nieuw perspectief op de werkruimte.

Vakwerk voor verduurzaming

De houding van Vakwerk architecten in het ontwerpproces is een afgeleide van het ingenieursdenken, waarbij de functie bepalend was voor de vorm en maatvoering van iedere ruimte. Ook het Ketelhuis is zo ontstaan. Bij de herontwikkeling van het Vakwerkhuis stond de volgende afweging dan ook centraal: wat is er echt nodig, en waar biedt het bestaande voldoende kwaliteit? Soms is dat enkel een likje verf, soms levendig eikenhout om een groot
gebaar te maken. Met haar leeftijd had het rijksmonument al bewezen duurzaam te zijn, alhoewel er energetisch veel te winnen viel. Met enkele heldere ingrepen, waaronder vernieuwing van de betonvloeren, koeling en verwarming uit warmtepompen, dubbelglas en dakisolatie, is een kantoorklimaat naar huidige energiestandaard en comfort gerealiseerd. Het resultaat: een all-electric rijksmonument!

De uitvoering is sterk circulair gedreven; materialen uit het bestaande pand hebben een nieuwe plek gekregen en constructieve houten spanten, visgraat vloeren, houten balklagen en eiken afwerkingen zijn gerealiseerd met opgekochte restpartijen. Al het Vakwerkhuis meubilair heeft ook al een leven achter de rug; producten waarvan de leaseperiode was afgelopen of unieke stuks uit retourleveringen hebben in het Vakwerhuis een nieuw thuis gevonden.

Het Vakwerkhuis: daar krijg je energie van!