De gevel van De Bussel aan de publieke ruimte refereert aan een theatergordijn, of het gordijn van een huiskamer. Door de afwisselende openingen in de pui ontstaat een interessante gevel van Basiliekplein tot en met Torenplein. De viderand van de eerste verdieping slingert op een fraaie manier door het gebouw en vormt zo verschillende ruimten. De gevels zijn gemaakt van metselwerk in een genuanceerde kleur die past bij de bestrating en het bestaande gebouwdeel. Er is een groen dak toegepast, zodat de bewoners van appartementen en hotel een fraai uitzicht op de ‘vijfde’ gevel hebben.
Aansluiting bij het verleden
Het gebouw sluit aan bij de historie van de plek. Oorspronkelijk stonden op de locatie een aantal mooie stadsbomen. In de toneeltoren van de bestaande Bussel is een grote boom van siermetselwerk verwerkt. Ook op andere plekken in het nieuwe gebouw vormen bomen een belangrijk thema om aan te sluiten bij het verleden. Zo is de nieuwe draagconstructie in de foyer gemaakt van opvallende boomvormige kolommen die van buiten zichtbaar zijn en zijn in het interieur prints van bomen toegepast.
Laagdrempelige sfeer
Het nieuwe gebouw is ingetogen en passend in haar omgeving, maar heeft daarnaast ook een expressie die bij haar functie past. Met de verplaatsing van de oorspronkelijke entree naar het midden van het gebouw heeft De Bussel een nieuwe, centrale ingang gekregen waarbij theater en bibliotheek door een gezamenlijke foyer naadloos in elkaar overgaan. Het interieur heeft een hoogwaardige uitstraling, is helder en overzichtelijk. Door het toepassen van hoge gordijnen, sfeerverlichting en de juiste losse inrichting is een laagdrempelige sfeer gecreëerd waar men zich thuis voelt.
Eigenheid en verscheidenheid
Belangrijk voor het ontwerp was dat iedere ruimte zijn eigen identiteit kreeg maar dat het gebouw ook eenheid uitstraalde. Door het toepassen van een beperkt pallet aan materialen heeft het gebouw een neutrale basis gekregen. De vaste inrichtingselementen zijn hierop afgestemd. De hoofdbalie, verschillende bars en display wanden zijn uitgevoerd in eiken en HI-macs.
Meanderende vide
De meanderende vide over de gehele lengte van het gebouw zorgt voor ruimtelijkheid en verbinding tussen de verdiepingen en alle gebruikers. Tegelijkertijd ontstaat hierdoor ook een grote diversiteit in ruimtes, wat een intieme, ‘huiselijke’ sfeer geeft aan het gebouw. Er zijn meerdere zithoeken, een mediahoek, studiehoek, een leescafé etc. De losse inrichting geeft per plek door uitstraling, kleur en materiaalgebruik invulling aan de identiteit van de specifieke gebruiker. Zo kunnen theater, bibliotheek en VVV door middel van posters, boeken, beeldschermen, kunst en kleur een eigen gezicht aan hun plek in het gebouw geven.
Projectarchitecten Jimmy van der Aa van DP6 architectuurstudio en Carol Groenewegen van 3TO architecten gebruikten de lange, smalle en dunne stenen van de Hagemeistersortering „Gent“ om die referentie aan het theater vorm te geven.
Van buiten naar binnen
De basisverlichting is aangevuld met LED-strips en losse armaturen. Door middel van LED-spots worden bijzondere plekken vanuit het plafond extra aangelicht. Hierdoor ontstaan lichtaccenten en wordt de zichtbaarheid van buitenaf vergroot. De voorbijganger wordt uitgenodigd binnen te lopen: om even te kijken welke voorstellingen er gaan spelen, om een kopje koffie te drinken in het leescafé of een tentoonstelling te bezoeken. Kortom, De Bussel als de ‘huiskamer’ van Oosterhout.