Het ontwerp van Robbrecht en Daem architecten en Marie-José Van Hee architecten is opvallend ingepast in de historische stadsstructuur. Tussen het Poeljemarkt, het Gouden Leeuwplein en het park aan de St. Niklaaskerk lijkt de Stadshal zijn plaats hard op te eisen. Tegelijkertijd heeft het door de karakteristieke vorm en materialisatie een aansluiting gevonden bij het oude stadskarakter.
De Stadshal als centrale ontmoetingsplein de stad Gent. Foto Bert Callens
Bescheiden
De betonnen kolommen ondersteunen een staalskelet, afgewerkt met het natuurlijke materiaal hout. Dit zachte materiaal contrasteert met de stenen bouwwerken rondom het plein. Volgens Robbrecht en Daem architecten en Marie-José Van Hee architecten stelt het gebouw zich hierdoor ‘bescheiden' op en verhoudt zich respectvol tegenover de historische gebouwen van steen.
Glazen shingels
De houten gevel en het dak wordt beschermd door glazen shingels. De architecten geven de zon hiermee vrij spel. Onder het dak blijkt het hout op enkele plaatsen te ontbreken, waardoor er een streepjespatroon van licht ontstaat.
De glazen shingels zorgen voor een spel van licht in het interieur en in de gevel. Foto Marc de Blieck
Hal als ontmoetingsplaats
Onder de Stadshal is in de kelder plaats voor een fietsenstalling. Daarnaast zal de brasserie in de hal meer draagvlak creëren voor de functie als ontmoetingsplek. Deze plek krijgt een huiselijke karakter door de openhaard die in de betonnen kolom is geïntegreerd. Robbrecht en Daem architecten en Marie-José Van Hee architecten ontwikkelde een duurzame sociale plek: een bassin voor regenwater, natuurlijke materialen en een lage energieconsumptie in de brasserie.
